top of page

Schizoïde Stoornis en Autisme: Inzicht in de Complexiteit

De schizoïde persoonlijkheidsstoornis (SPD) en autismespectrumstoornis (ASS) zijn twee verschillende aandoeningen die soms verward worden vanwege enkele overlappende kenmerken. Dit artikel duikt diep in de overeenkomsten en verschillen tussen deze twee condities, verkent de onderliggende mechanismen, en biedt een genuanceerd begrip voor zowel professionals als mensen die meer willen leren over deze complexe thema's.

Inleiding

Op het eerste gezicht lijken personen met SPD en ASS soms gelijkaardig: ze kunnen zich terugtrekken uit sociale interacties, weinig emoties uiten en een voorkeur hebben voor solitaire activiteiten. Echter, de motivaties en onderliggende neurologische processen verschillen aanzienlijk. Het is cruciaal om deze nuances te begrijpen om accurate diagnoses te stellen en passende ondersteuning te bieden.

Definitie en Kernkenmerken

Schizoïde Persoonlijkheidsstoornis (SPD)

SPD is een persoonlijkheidsstoornis die gekenmerkt wordt door een diepgaand patroon van afstandelijkheid van sociale relaties en een beperkt scala aan emotionele expressies in interpersoonlijke situaties. Dit uit zich niet zozeer in een angst, maar meer in een onverschilligheid tegenover sociale interacties. Het gebrek aan interesse in het aangaan van relaties is een cruciaal kenmerk. Mensen met SPD ervaren doorgaans geen plezier aan sociale interacties en hebben vaak weinig of geen behoefte aan intieme relaties. Ze kunnen overkomen als afstandelijk, koel of ongeïnteresseerd. Fantasie en introspectie kunnen een belangrijk deel van hun leven uitmaken.

  • Afstandelijkheid van sociale relaties: Vermijdt nauwe relaties, inclusief die binnen het gezin.
  • Beperkt scala aan emotionele expressies: Weinig emotionele reacties, zowel positief als negatief.
  • Gebrek aan interesse in seksuele ervaringen met anderen: Dit is geen absolute regel, maar komt vaak voor.
  • Vrijwel altijd plezier beleven aan weinig activiteiten: Vaak solitaire hobby's of interesses.
  • Geen nauwe vrienden of vertrouwelingen buiten directe familie: Dit komt voort uit de algemene afstandelijkheid.
  • Onverschilligheid tegenover lof of kritiek van anderen: Dit is een belangrijk onderscheid met bijvoorbeeld sociale angst.
  • Koel, afstandelijk of vlak affect: De emoties worden niet of nauwelijks getoond.

Autismespectrumstoornis (ASS)

ASS is een neuro-ontwikkelingsstoornis die gekenmerkt wordt door persistentie in tekorten in sociale communicatie en interactie, en beperkte, repetitieve patronen van gedrag, interesses of activiteiten. Het spectrum-aspect duidt erop dat de symptomen zich in verschillende gradaties manifesteren; De oorzaak ligt in neurologische verschillen die de informatieverwerking beïnvloeden. De uitdagingen op sociaal vlak komen vaak voort uit moeilijkheden met het begrijpen van sociale signalen en verwachtingen. Specifieke, intense interesses zijn een ander kenmerkend aspect. Deze interesses kunnen zeer breed zijn, maar kenmerken zich door hun intensiteit en de neiging om er veel tijd en energie aan te besteden.

  • Tekorten in sociale communicatie en interactie: Moeite met wederkerigheid, non-verbale communicatie en het ontwikkelen en onderhouden van relaties.
  • Beperkte, repetitieve patronen van gedrag, interesses of activiteiten: Stereotiepe bewegingen, vasthouden aan routines, intense focus op specifieke interesses, sensorische gevoeligheden.
  • Verschillende niveaus van intellectuele vermogens: Van hoogbegaafdheid tot intellectuele beperking.
  • Verschillende niveaus van taalvaardigheid: Van volledig verbaal tot non-verbaal.
  • Sensorische gevoeligheden: Over- of ondergevoeligheid voor zintuiglijke prikkels (licht, geluid, aanraking, etc.).

Overlappende Kenmerken

Ondanks de fundamentele verschillen, vertonen SPD en ASS enkele overlappende kenmerken, wat tot verwarring kan leiden bij de diagnose:

  • Sociale isolatie: Zowel personen met SPD als ASS kunnen zich sociaal isoleren, hoewel de redenen verschillen.
  • Beperkte emotionele expressie: Beide groepen kunnen moeite hebben met het uiten van emoties.
  • Voorkeur voor solitaire activiteiten: Beide groepen geven vaak de voorkeur aan alleen zijn boven sociale interacties.
  • Moeite met sociale signalen: Zowel personen met SPD als ASS kunnen moeite hebben met het begrijpen van non-verbale communicatie en sociale cues.

Belangrijke Verschillen

De verschillen tussen SPD en ASS zijn cruciaal voor een accurate diagnose en gerichte behandeling. Hieronder worden de belangrijkste onderscheidende factoren besproken:

Motivatie voor Sociale Isolatie

SPD: De sociale isolatie bij SPD komt voort uit een gebrek aan *wens* om sociale relaties aan te gaan. Er is een fundamentele onverschilligheid tegenover sociale interacties. Het is geen angst, maar een gebrek aan interesse.

ASS: De sociale isolatie bij ASS komt vaak voort uit een *moeilijkheid* met sociale interacties. Er is vaak wel een *wens* om contact te maken, maar de sociale vaardigheden ontbreken, of de persoon is overweldigd door de complexiteit van sociale situaties. Er kan ook sprake zijn van sociale angst als gevolg van eerdere negatieve ervaringen.

Empathie

SPD: Personen met SPD kunnen mogelijk wel empathie voelen, maar tonen dit niet of uiten het niet op een manier die sociaal acceptabel is. Ze kunnen de gevoelens van anderen wel begrijpen, maar hechten er geen waarde aan.

ASS: De theorie van de geest (Theory of Mind) is vaak beperkt bij ASS. Dit betekent dat het moeilijker is om de perspectieven en gevoelens van anderen te begrijpen en te interpreteren. Echter, dit is niet altijd het geval, en sommige personen met ASS hebben juist een hyper-empathie, waarbij ze de emoties van anderen zeer intens ervaren.

Interesses

SPD: De interesses van personen met SPD zijn doorgaans niet zo intens en repetitief als bij ASS. Ze kunnen wel specifieke interesses hebben, maar deze zijn niet per se obsessief of beperkend.

ASS: Intense, specifieke interesses zijn een kernkenmerk van ASS. Deze interesses kunnen zeer breed zijn, van treinen en dinosaurussen tot wiskunde en programmeren, maar kenmerken zich door hun intensiteit en de neiging om er veel tijd en energie aan te besteden. Deze interesses kunnen ook dienen als een manier om stress te reguleren.

Routines en Repetitief Gedrag

SPD: Routines en repetitief gedrag zijn geen kenmerkend symptoom van SPD. Hoewel ze misschien een voorkeur hebben voor structuur, is dit niet zo rigide of storend als bij ASS.

ASS: Het vasthouden aan routines en repetitief gedrag is een cruciaal kenmerk van ASS. Dit kan zich uiten in stereotiepe bewegingen (zoals fladderen met de handen), het herhalen van woorden of zinnen (echolalie), of een sterke weerstand tegen veranderingen in de routine.

Sensorische Gevoeligheden

SPD: Sensorische gevoeligheden worden niet specifiek vermeld in de diagnostische criteria voor SPD.

ASS: Sensorische gevoeligheden komen vaak voor bij ASS. Dit kan zich uiten in over- of ondergevoeligheid voor zintuiglijke prikkels, zoals licht, geluid, aanraking, geur of smaak. Deze gevoeligheden kunnen leiden tot vermijdingsgedrag of sensorisch zoekgedrag.

Ontwikkelingsgeschiedenis

SPD: SPD wordt meestal pas gediagnosticeerd in de volwassenheid. Er zijn doorgaans geen duidelijke signalen in de kindertijd.

ASS: ASS is een neuro-ontwikkelingsstoornis die zich manifesteert in de vroege kindertijd. De symptomen zijn doorgaans al voor de leeftijd van drie jaar zichtbaar, hoewel de diagnose soms later wordt gesteld.

Oorzaken en Risicofactoren

Schizoïde Persoonlijkheidsstoornis (SPD)

De exacte oorzaken van SPD zijn nog niet volledig begrepen, maar men vermoedt dat een combinatie van genetische en omgevingsfactoren een rol speelt. Factoren die het risico kunnen verhogen zijn onder meer:

  • Genetische aanleg: Er is een verhoogd risico op SPD bij mensen met een familiegeschiedenis van schizofrenie of andere persoonlijkheidsstoornissen.
  • Verwaarlozing of misbruik in de kindertijd: Traumatische ervaringen in de kindertijd kunnen het risico op het ontwikkelen van SPD verhogen.
  • Sociale isolatie in de kindertijd: Gebrek aan sociale interactie en steun in de kindertijd kan bijdragen aan de ontwikkeling van SPD.

Autismespectrumstoornis (ASS)

ASS is een complexe aandoening met een sterke genetische component. Er zijn honderden genen geïdentificeerd die in verband worden gebracht met ASS. Omgevingsfactoren spelen waarschijnlijk ook een rol, maar de precieze interactie tussen genen en omgeving is nog niet volledig begrepen. Belangrijke risicofactoren zijn onder meer:

  • Genetische aanleg: Er is een verhoogd risico op ASS bij mensen met een familiegeschiedenis van ASS.
  • Geavanceerde leeftijd van de ouders: Oudere ouders hebben een iets hoger risico op het krijgen van een kind met ASS.
  • Bepaalde medische aandoeningen tijdens de zwangerschap: Sommige medische aandoeningen van de moeder tijdens de zwangerschap kunnen het risico op ASS verhogen.
  • Prematuriteit: Premature baby's hebben een iets hoger risico op het ontwikkelen van ASS.

Diagnose

De diagnose van SPD en ASS wordt gesteld door een gekwalificeerde professional, zoals een psychiater of psycholoog. De diagnose is gebaseerd op een uitgebreide beoordeling van de symptomen, de ontwikkelingsgeschiedenis en het functioneren van de persoon. Het is cruciaal om een differentiaaldiagnose te stellen om andere aandoeningen uit te sluiten die vergelijkbare symptomen kunnen veroorzaken.

Diagnostische Instrumenten

Er zijn verschillende diagnostische instrumenten beschikbaar om SPD en ASS te diagnosticeren. Deze instrumenten omvatten:

  • Gestructureerde interviews: Gestructureerde interviews, zoals de Structured Clinical Interview for DSM-5 (SCID-5), worden gebruikt om de symptomen van persoonlijkheidsstoornissen te beoordelen.
  • Observaties: Observaties van het gedrag van de persoon in verschillende situaties kunnen waardevolle informatie opleveren.
  • Vragenlijsten: Vragenlijsten, zoals de Autism Diagnostic Observation Schedule (ADOS) en de Autism Diagnostic Interview-Revised (ADI-R), worden gebruikt om de symptomen van ASS te beoordelen.
  • Informatie van derden: Informatie van ouders, partners of andere belangrijke personen in het leven van de persoon kan een waardevolle aanvulling zijn op de diagnostische beoordeling.

Behandeling

De behandeling van SPD en ASS is gericht op het verminderen van de symptomen en het verbeteren van het functioneren van de persoon. De behandeling is vaak multidisciplinair en kan bestaan uit:

Psychotherapie

Psychotherapie kan nuttig zijn voor zowel SPD als ASS. Verschillende vormen van psychotherapie kunnen worden toegepast, afhankelijk van de specifieke behoeften van de persoon:

  • Cognitieve gedragstherapie (CGT): CGT kan helpen bij het identificeren en veranderen van negatieve gedachten en gedragingen. Bij SPD kan CGT helpen bij het ontwikkelen van sociale vaardigheden en het verminderen van sociale angst. Bij ASS kan CGT helpen bij het omgaan met angst, depressie en andere psychische problemen.
  • Sociale vaardigheidstraining: Sociale vaardigheidstraining kan personen met ASS helpen bij het ontwikkelen van sociale vaardigheden en het verbeteren van hun sociale interacties.
  • Psycho-educatie: Psycho-educatie kan personen met SPD of ASS en hun families helpen bij het begrijpen van de aandoening en de beschikbare behandelingen.
  • Mentalization-Based Treatment (MBT): MBT kan nuttig zijn voor personen met SPD die moeite hebben met het begrijpen van de gedachten en gevoelens van anderen.

Medicatie

Er is geen medicatie die SPD of ASS kan genezen, maar medicatie kan wel helpen bij het verminderen van bepaalde symptomen, zoals angst, depressie, impulsiviteit of agressie. De keuze van de medicatie is afhankelijk van de specifieke symptomen en de individuele behoeften van de persoon.

Andere Interventies

Naast psychotherapie en medicatie kunnen ook andere interventies nuttig zijn, zoals:

  • Ergotherapie: Ergotherapie kan helpen bij het ontwikkelen van praktische vaardigheden en het verbeteren van de zelfredzaamheid.
  • Logopedie: Logopedie kan helpen bij het verbeteren van de communicatievaardigheden.
  • Sensorische integratietherapie: Sensorische integratietherapie kan helpen bij het reguleren van sensorische prikkels en het verminderen van sensorische overbelasting.
  • Ondersteunende begeleiding: Ondersteunende begeleiding kan helpen bij het organiseren van het dagelijks leven en het vinden van werk of scholing.

Prognose

De prognose van SPD en ASS is variabel en afhankelijk van verschillende factoren, zoals de ernst van de symptomen, de aanwezigheid van andere psychische problemen en de beschikbaarheid van behandeling. Met de juiste behandeling en ondersteuning kunnen personen met SPD en ASS een bevredigend leven leiden.

Conclusie

SPD en ASS zijn twee verschillende aandoeningen die soms verward worden vanwege enkele overlappende kenmerken. Het is cruciaal om de nuances te begrijpen om accurate diagnoses te stellen en passende ondersteuning te bieden. De motivatie voor sociale isolatie, empathie, interesses, routines en repetitief gedrag, sensorische gevoeligheden en de ontwikkelingsgeschiedenis zijn belangrijke onderscheidende factoren. Met de juiste behandeling en ondersteuning kunnen personen met SPD en ASS een bevredigend leven leiden.

Verdere Informatie en Bronnen

Labels: #Autism

Gerelateerde artikelen:

bottom of page